Een houten balk al afzetting kan voor kinderen ook als evenwichtsbalk gebruikt worden, om te oefenen bijvoorbeeld.
Een houten balk al afzetting kan voor kinderen ook als evenwichtsbalk gebruikt worden, om te oefenen bijvoorbeeld. Foto: Eigen collectie

Grote Aard, kleine Aard: balanceren

Verhalen van vader en zoon. Grote Aard staat veelal in de keuken. Kleine Aard houdt van knutsels. Samen overdenken ze, wat ze tegen komen in een mooi Boxtel. Vader Aard geeft vaak een aardig staartje aan het verhaal. De inbreng van de zoon is van dien aard dat het onduidelijk is of hij erg vlot van gedachten is of dat hij juist wat achter loopt. Kleine Aard doet de dingen anders.

Springen! Een sprong in het diepe, een sprong de hoogte in. Een beetje hulp erbij, een zwembandje voor het diepe water in de volgelopen sloot, een poolstok die buigt in plaats van dat hij barst om over een hoge lat te raken. Kleine Aard wil helemaal niet springen, hij wil niet ‘gesprongen worden’, hij wil zijn eigen evenwicht bewaren. Een balk is genoeg, het hoeft geen hoge lat te zijn of een diepe sloot. Het duurde even voordat grote Aard een goede balk gevonden had. Meestal kom je die tegen in een van de buurtspeeltuintjes. Maar kleine Aard wilde oefenen, even zonder vriendjes…

Geen afleiding

Nou kleine Aard, papa heeft voor jou een plekje uitgezocht. In de zon, binnen de bebouwde kom, op loopafstand. Maar zonder dat er een druk doorgaand fietspad naast ligt. Geen schommels die je afleiden, geen glijbanen met gillende kinderen, geen katrol aan een gespannen staaldraad (noemen dat niet een 'zippline'?), geen uitkijktorens met toeschouwers. Hooguit dat de gemeente over een tijdje hier alsnog een speeltuintje aanlegt? De plannen zijn er… "Pap, kun je me vasthouden?" De balk wiebelt… Het is dan ook een balk om een stukje natuur af te bakenen, het is geen evenwichtsbalk.

Roeiboot

Wil je van links naar rechts lopen of van rechts naar links? Kleine Aard kent het verschil tussen links en rechts, maar waarom zou dat hier uitmaken? Grote Aard wijst naar de ophangpunten. De balk heeft aan de ene kant een constructie die wat weg heeft van riemen op een roeiboot. De andere kant hangt vrij aan een ketting. Links kan schuiven maar niet draaien, rechts kan draaien maar niet veel verschuiven. Om de poort open te krijgen moet je toch het linkerdeel ontgrendelen. Daarna geeft de rechterkant alle vrijheid om de balk uit het pad te draaien. Voetgangers stappen er overheen.

Gaat het je lukken denk je? Ik begin links, die kant ligt het meeste vast. Zo bedacht kleine Aard het begin. Grote Aard vond het een goed idee, wanneer je eenmaal stabiel staat, dan kan je het moeilijkere deel proberen. Met toegenomen vaardigheid neemt de moeilijkheidsgraad toe. Dat werkt. Een hand vasthouden is aan de andere kant van de balk misschien niet nodig, aan de rechter, moeilijke kant, kan ik je ook opvangen. Kleine Aard glunderde. Een balk, niet te hoog van de grond, eigenlijk niet voor kinderen bedoeld, maar door papa erbij goed verzekerd.
Stapje voor stapje, wiebel, wiebel, een klein handje in de grote van papa. "Ik kan het!"