Auto's en bordjes zijn in deze tijd lastiger te zien in het donker.
Auto's en bordjes zijn in deze tijd lastiger te zien in het donker. Foto: Image by Igor Schubin from Pixabay

Grote Aard, kleine Aard: bordjes en lichtjes

Verhalen van vader en zoon. Grote Aard staat veelal in de keuken. Kleine Aard houdt van knutsels. Samen overdenken ze, wat ze tegen komen in een mooi Boxtel. Vader Aard geeft vaak een aardig staartje aan het verhaal. De inbreng van de zoon is van dien aard dat het onduidelijk is of hij erg vlot van gedachten is of dat hij juist wat achter loopt. Kleine Aard doet de dingen anders.

Bordjes en lampjes. Huis voorbij huis wandelen grote Aard en kleine Aard om naar Plaatse De Kleine Aarde te komen. Kleine Aard ziet elk vogeltje vliegen. Wanneer er geen beestjes zijn doen voortuinen het ook goed om de aandacht te richten. Letterbakjes, een voortuintje met elk haar eigen 'letter' er in, een persoonlijk handschrift, met hele mooie krullen of juist strak en versteend. Een regel van voortuintjes maakt soms een samenwerking merkbaar. Buren besloten met elkaar in dezelfde stijl te planten, weinig te bestraten, terughoudend te verlichten.
Een bordje bij de voordeur, 'Hier wonen…', een hele rits namen volgt. De heel visueel ingestelden voegden daarbij getekende poppetjes toe. Dit lijkt op mama, in een paar penseelstreken. Dit zou papa kunnen zijn, lijnen uit een dikke markeerstift. De drie daarna, dat zijn de kinderen! Krabbeltjes in potlood, misschien al overgetrokken met kroontjespen. Aflopend van al best wel groot, tot nog erg klein. Van de hele verzameling aan familiebordjes blijft deze het meest in het verhaal terug komen. Kleine Aard merkt nog niet een gemis in het eigen gezin…
Wat doe je, als je verandert? Kleine Aard kan al een beetje fietsen. Wanneer het wandelen op een verderop liggende plek afspeelt, kiest grote Aard ervoor, om het eerste en laatste deel te fietsen. Van de voetpaden en trottoirs naar de fietspaden en ‘grote wegen'. Heel de infrastructuur verandert mee. De namen van de straten gaan een rol spelen. Het boek waarin alle lettertjes pas leesbaar zijn als je er dichtbij bent, per straat een bladzijde omslaan. De hoek van een pagina moet je zien ‘vast te pakken' om de straatnaam te lezen. Grote Aard kijkt en leest voor twee.
Soms zie je een lichtje. Soms heb je een lichtje in de hand, een kaartje dat van het telefoonscherm oplicht. Grote Aard wil de telefoon alleen als zaklamp gebruiken of in een situatie van echte nood. Dan kan je iemand bellen. Toch moet je zelf je bestemming bereiken. En met de fiets een plaatsje in de stalling vinden… Of nog groter, tussen alle andere auto's door, koplampen ontdekken van iemand die op punt staat te vertrekken. In deze tijd zijn veel bordjes moeilijk te lezen. Voor je er erg in hebt, rij je een aanwijzing voorbij.
Kleine Aard kan zich geen voorstelling maken van wat verandert bij aankomst op Plaats De Kleine Aarde. Grote Aard komt meestal met hem, op een rustiger moment. Of er een haagje vervalt of een 'gereserveerd' (voor de toekomst?) bordje bijkomt, wordt later toegelicht.